De geleedpotige kakkerlak

De kakkerlakken behoren tot de geleedpotige dieren. Bij geleedpotige dieren zijn de poten en veelal ook het lichaam, verdeeld in segmenten. Ze hebben geen inwendige skelet maar een stevige, enigzins flexibele huid.
De opbouw van deze huid is zo gemaakt dat deze niet kan meegroeien.
Daarom moeten geleedpotige dieren zo nu en dan "vervellen" om te kunnen groeien. Bij een vervelling kruipen de dieren uit hun oude huid, waaronder reeds een nieuwe aanwezig is. Daar bij dit proces de nieuwe huid eerst moet uitharden, de spieren moeten ook aan de nieuwe pantser hechten, is het dier op dat moment zeer kwestbaar. Je ziet dat ze dan vaak een rustig plekje opzoeken. Ontstaat er tijdens het uitharden een fout dan is het dier ten dode opgeschreven. Dit geldt vooral bij dieren die moeten hangen om uit te harden.
Geleedpotige dieren hebben enkelvoudige of samengestelde (facet)-ogen.
Met andere zintuigen zoals voelsprieten, antennes vol sensoren, haren en oren worden smaak-, geur- en geluidssignalen waargenomen.rhypharobiamaderae02-framed

De orde Blattaria, kakkerlakken

Kakkerlakken zijn insecten en ze behoren tot de orde Blattaria. Deze orde bestaat uit 5 families te weten de Blattidae, de Blaberidae, de Blattellidae, de Polyphagidae en de Cryptocericidea.
Daar kakkerlakken veelal een verborgen bestaan hebben zijn er tot nu ongeveer 3600 soorten beschreven maar er komen regelmatig nieuwe soorten bij.
Slecht 50 soorten vormen een plaag voor de mens. De helft hiervan heeft zich gedomicilieerd. In West-Europa is de Duitse kakkerlak (Blattella germanica) een moeilijk te verdelgen insect. De kakkerlakken kunnen ziekten overbrengen. Deze ziekten worden meestal via hun huid overgebracht. Daar ze meestal aan het zelfde voedsel eten waarvan ook de mens gebruik van maakt, is de cirkel rond. Bij aanwezig van de Duitse kakkerlak is het van belang de bestrijdingsdienst in te schakelen.
Kakkerlakken eten vrijwel alles wat uit organisch materiaal bestaat. Veel soorten zijn niet kieskeurig.
De kakkerlak is nacht actief. Ze kunnen 3 maanden tot 2 jaar oud worden.
Ze komen wereldwijd voor, de meeste soorten en de grootste aantallen ontmoet je in de tropen.
Ze houden van een warm en vochtig klimaat.

Enkele soorten

Onderstaande informatie ontving ik van Wim Kuitems, een goede kennis van mij.
Hij kan eigenlijk best de eretitel kakkerloog dragen daar hij mij bij de laatste Hamm-beurs vol trots de kleinste kakkerlaksoort liet zien.
Ook uit gesprekken met hem blijkt zijn vakkundige kennis over deze dieren.
Ik raad u aan indien u door middel van dit verhaal geïnteresseerd ben in kakkerlakken of er meer van wilt weten, met hem contact op te nemen.elliptorhinachopardi04-framedDit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Op de derde foto (de onderste) zie je de Elliptorhina chopardi, kakkerlakken uit Madagaskar.
Ook wel genoemd de dwerg-sissende kakkerlak van Madagaskar.
Ze zijn redelijk makkelijk te kweken, worden zo'n 4 cm en eten net als veel andere soorten gewoon sla, fruit, kattebrokjes, enz.
Ze kunnen tegen glas oplopen, hetgeen een goed afsluitbare bak noodzakelijk maakt.

De grotere verwant, de 'gewone' sissende kakkerlak van Madagascar, Gromphadorhina portentosa, kan meer dan 7 cm groot worden.
Kweekt een stuk sneller dan Elliptorhina chopardi, wat het een aantrekkelijk dier maakt om te houden als voedselbron voor hagedissen, spinnen, enz.
Bij verstoring (bijvoorbeeld aanraking) produceren ze een krachtig sissend geluid dat bedoeld is om de belager af te schrikken.
Ze kunnen ook tegen glas oplopen en zijn makkelijke eters. Je ziet deze grote kakkerlakken op de tweede foto.byrsotrifumigata01-framed

Dit zijn mooie (maar welke kakkerlak is dat niet?), ranke en snelle dieren.


Rhypharobia maderae.
Kunnen zo'n 5 cm groot worden. Kunnen tegen gladde oppervlakken oplopen en kweken sneller maar leven ook korter dan bijvoorbeeld de sissende kakkerlak van Madagaskar.
Deze mooie opvallende gekleurde kakkerlakken zie op de eerste foto (boven).

Byrsotria fumigata (foto 3) is een aantrekkelijke kakkerlak. Ruim 4 cm groot kunnen ze worden en ze kweken makkelijk.
Ze kunnen niet tegen glas e.d. opklimmen dus ze kunnen lekker in een open bak zitten waar je alleen af toe wat voer in hoeft te leggen.
In het algemeen is het zo dat ik mijn kakkerlakken niet sproei of een waterbakje geef. Ze halen hun benodigde vocht uit het aangeboden voer.
Ik geef ze kleine hoeveelheden (partje sinaasappel, schijfje banaan, blaadje sla, enz.) maar bied wel elke keer minstens drie soorten voer aan, die ik ook nog eens varieer. Sla behoort echter bijna altijd tot het aanbod. Ik voer om de dag, soms sla ik een of twee dagen extra over, nooit vaker.
Het mooie van kakkerlakken als voedseldieren zit ook hierin dat je zelf kunt bepalen wat ze eten. Als ze geen of te weinig voer krijgen gaan kakkerlakken niet - zoals krekels wel doen - aan karton o.i.d. knagen. Als substraat gebruik ik zemelen (is gratis of voor heel weinig te krijgen bij een molenaar) en ik schep schuil- en klim-mogelijkheden door lege eierdozen, keuken- en toiletrollen te stapelen.
De meeste soorten zitten in plastic boxen (van Curver) die goed afsluitbaar zijn. Bij sommige soorten is het boren van (veel) kleine gaatjes onvoldoende gebleken op langere termijn.
Daarbij heb ik uit de zijwanden stukken verwijderd en die met fijn metalen gaas beplakt om de ventilatie te verbeteren. Ze staan in mijn 'slangenkamer' waar het doorgaans niet kouder wordt dan 20 graden Celsius.

Door Gerard Heijnen

Klazienaveen

Klazienaveen - centrum
klazienaveen centrum
 - Klazienaveen -
daar moet je heen.


Counter - 1 jun 2018

Today 13

Yesterday 113

Week 238

Month 2836

All 183238

Currently are 2 guests and no members online

Kubik-Rubik Joomla! Extensions